Inleiding

Geschiedenis van de Nieuwmarkt

Inleiding

Het begon eigenlijk allemaal ongeveer veertig jaar geleden, toen ik van mijn grootmoeder een kopie kreeg van een foto van een wel heel bijzonder familielid uit lang vervlogen tijden… Petrus Edelborgh was zijn naam, op de Nieuwmarkt te Roeselare beter gekend als “Clêen Peêgie”. Een lapnaam die hij niet gestolen had daar hij als dwerg door het leven ging, of beter gezegd, door het leven leurde. Hij was de “noenkle”1  van mijn grootmoeder “Meter Nette” en zij wist mij dan ook heel wat over hem te vertellen. Zij was het, die de zaden van het verleden in mijn hart strooide…

Wat later deden wij samen een nieuwe ontdekking, deze keer op haar eigen zolder in de Groenestraat: een foto van mijn grootvader en overgrootvader die samen met paard en kar aan het leuren waren. Noch mijn jeugdige fantasie, noch mijn nieuwsgierigheid waren nog aan banden te leggen. Ik begon mijn eigen queeste naar het verleden van deze wel heel bijzondere volksgroep: de Nieuwmarktenaars…

Ik las de roman “Peegie” van Willem Denys wellicht vijfmaal, begon de vooroudertafel van mijn moeder in elkaar te futselen, noteerde mondelinge overleveringen, verzamelde oude foto’s, bidprentjes, rouwbrieven, “leurkaarten” , “smijtbrieven” , krantenartikels, enz…

Daar ik een hele poos door mijn grootmoeder “gekweekt”2  werd toen mijn eigen moeder nog leurde, kreeg ik ook de gelegenheid om nog iets van de oude sfeer van de Nieuwmarkt op te snuiven en nog iets van hun aparte volkstaal op te steken. Maar tegelijkertijd kon ik ook nog de afgunst, afkeer en discriminatie van de rest der Roeselarenaars ervaren.

Toen echter puntje bij paaltje kwam en onze stede kost wat kost een commercieel boegbeeld nodig had, voor het een of het ander een logo zocht of een feest wilde opvrolijken, kortom een eigen folklore zocht, dan verdween die afkeer en was de Nieuwmarkt wel goed genoeg. Kwistig werd er uit het vaatje van “den Hoek”3  getapt en al even kwistig werden er lintjes uitgedeeld. Alleen vraag ik mij af wie van deze fameuze lintjesdragers zelfs maar voor één vierde bloed van de Nieuwmarkt in zich draagt, er gewoond heeft of er de ware ziel van begrijpt...

Het werd een potsierlijke carrousel van plechtigheden, feestjes, ordes, enz. Maar zij begrepen niet dat ze gingen lopen met het verleden van een ander. Erger nog, zij ontvreemdden niet alleen dit verleden maar vervormden het ook, soms tot in het belachelijke toe. Maar ja, het ging hier toch niet om hun eigen grootouders of overgrootouders. Tegelijkertijd lieten zij zonder scrupules of enig respect hun eigen voorouders aan de kant liggen daar ze die niet interessant of kleurrijk genoeg vonden, hoewel deze mensen het even goed verdienden om het boegbeeld van onze stad te worden.

Dit mager scharminkel4  met zijn “blienkdozen”5  op de Botermarkt te Roeselare, dat een vertekend historisch beeld geeft van de Nieuwmarkt, kan nog altijd niet echt ons hart wegdragen. Dat onze Vismarkt ingepalmd werd door het standbeeld van iemand die het ook niet helemaal bij het rechte eind had toen hij over de Nieuwmarkt schreef, kan ons ook niet bepaald tot vreugde stemmen. Dat er betweters zijn die ervoor betaald worden om bij de graven van onze voorouders op bespottelijke wijze onwaarheden en halve waarheden te vertellen zonder een deftige historische achtergrond is er al helemaal over…

Ach, laat ons dan nog maar zwijgen over bepaalde volkse, pseudo-heemkundige werken, door buitenstaanders gepleegd en al dan niet uitgegeven met de steun van de plaatselijke overheden. In dit soort lectuur zijn onjuistheden en overdrijvingen terug legio...

Voor al deze mensen schrijf ik hier dus NIET. Wel voor zij die in deze gezellige hoek van Roeselare, onder een trotse en waakzame Sint-Michielstoren, hun eenvoudig leven verder leiden op een ritme dat door de eeuwen heen ontstaan is. Aan hen draag ik dus dit werk op, aan mijn grootmoeder zaliger, aan mijn moeder en met hen aan zo vele anderen... Aan hen die mij anekdotes en ander materiaal bezorgden. Ook aan Willem Denys zaliger, die een episode uit de geschiedenis van de Nieuwmarkt op een heerlijke wijze heeft vereeuwigd. Aan de heemkundigen van kaliber die mij met raad en daad bijstonden. En ook aan allen die het zeker verdienen maar die ik jammer genoeg niet allemaal kan vermelden of die ik schandelijk ben vergeten.

Met hen wil ik in het verleden stappen en de ware herkomst van de Nieuwmarkt zoeken. Met hen wil ik trachten een stukje Roeselare dat langzaam maar zeker aan het verdwijnen is, te vereeuwigen voor het nageslacht…

Dit is nu het resultaat. Het is niet af. Het is niet waar ik van droomde. Vele vragen bleven niet beantwoord en ik stel ze  hier dan ook  en dit is dan weer wat het aantrekkelijk maakt. Dit is een levend document! Deze webstek moet reacties uitlokken, mensen hun zolder injagen op zoek naar oude spullen en enkelen er toe aanzetten om mij te corrigeren of aan te vullen. De dag dat er iemand naar mij toekomt en zegt: “Kijk eens hier wat ik nog over de Nieuwmarkt heb!” of mij vermaant met “Waarom heb je dat niet aan mij gevraagd?”, dat wordt de dag waarop ik zal zeggen dat mijn opzet geslaagd is.

Het kan zeer gecompliceerd zijn een familiegeschiedenis te schrijven als een deel van je voorouders een tijdlang halfnomadisch waren en uit een wijk stamden waar ook nog eens mensen uit verscheidene Europese regio’s aanbelandden… De keuze van “Wat past er nu in welk hoofdstuk?” wordt er ernstig door bemoeilijkt en het schrijven zelf wordt een onstuimig golvende beweging, soms ook hortend en stotend, daar er wel altijd weer ergens een verband is met iets, iemand, een andere gebeurtenis, een dorp, een stad, een streek…

Daarom heb ik nu voor een webstek geopteerd waardoor ik gemakkelijker verbanden kan leggen. Dit geeft mij niet alleen meer ademruimte om  verder te werken; het biedt mij ook de mogelijkheid nieuwe bijdrages en giften van “stamgenoten” alsook verbeteringen door meer ervaren heemkundigen als addenda en corrigenda in te voegen.

Waarom heb ik hier zoveel aandacht voor de recente geschiedenis van onze Nieuwmarkt te Roeselare? Wel, het is een veelvoorkomend feit dat mensen die met heemkunde en genealogie beginnen veel te snel naar een ver verleden willen doorstoten en daarbij vergeten dat wat bijvoorbeeld vijftig tot honderd jaar geleden gebeurde ook al geschiedenis is. Zo wordt de kans verkeken een schat aan informatie, documenten en ook objecten voor het nageslacht te bewaren.

Dezelfde ziekte had mij ook te pakken en pas de laatste jaren ben ik begonnen mij op de meer recente leurdersgeschiedenis toe te leggen. Dit was een uiterst aangename oefening die werkeljk de moeite heeft geloond en dit komt hier dan ook zeer goed tot uiting.

Mijn opzet is geslaagd en ik ben ervan overtuigd dat op die manier enkele pareltjes voor het nageslacht bewaard zijn, vooral wetende dat de originelen van sommige illustraties die hier  verschijnen al verdwenen zijn…


Met vriendelijke maar kordate groet,


Filip Bommarez


1. Roeselaars voor oom.

 

  2. “Kweken” was een algemeen gebruik bij onze leurders waarbij niet-Nieuwmarktenaars of oudere niet meer actieve leurders tegen betaling of als familiedienst de kinderen van actieve en dus voortdurend afwezige leurders opvoedden. Dit systeem wordt hier verder uitvoerig behandeld.

  3. Andere volkse benaming voor de Nieuwmarkt.

4. Voor buitenstaanders: Dit is het standbeeld van Peegie op de Botermarkt te Roeselare.

  5. Roeselaars voor dozen met schoensmeer. Deze handel is niet representatief voor de handelsgeschiedenis van de Nieuwmarkt.

Copyright @ All Rights Reserved